donderdag 16 oktober 2014

Rumoer rond Turks fruit

'Een geweldig boek vol rottigheid’
Rumoer rond Turks fruit

Nog altijd is Turks fruit een van de klassiekers van de leeslijst. Veel seks, een film én het is te vinden in de ouderlijke boekenkast. Maar hoe waren de reacties destijds? En welke plek heeft het in de herinnering van hedendaagse schrijvers?
Sasja Koetsier

‘En nu is er Turks fruit, dat men een der meest humoristische Nederlandse boeken der laatste jaren zou noemen als het ook niet zo triest en tragisch was’, schreef Cees Buddingh' in het Algemeen Dagblad op 6 december 1969, een paar weken na de verschijning van Wolkers' bestseller. Nog altijd is het een van de klassiekers van de leeslijst, al zullen voor de populariteit onder scholieren niet de humor en de tragiek doorslaggevend zijn. Er is veel seks, er is een film - en het staat bovendien gewoon bij je ouders thuis in de kast. En zo niet, dan heeft uitgeverij Wolters-Noordhoff in 2000 nog een goedkope school-editie gepubliceerd in de Grote Lijsters-serie. Een ‘beloning’ waarschijnlijk voor het feit dat het boek in 1998 nog altijd nummer acht stond in de top-100 van boeken die scholieren voor hun Nederlandse leeslijst kiezen.
Ook al waren op het moment van de première in februari 1973 van Wolkers' roman al dertig herdrukken verschenen en een slordige 300.000 exemplaren verkocht, de verfilming door Paul Verhoeven heeft nog eens flink bijgedragen tot de uitstraling van Turks fruit. Het was Verhoevens tweede speelfilm en het zou een van de best bezochte Nederlandse films uit de geschiedenis worden: er werden 3,5 miljoen kaartjes voor verkocht. De Oscar-nominatie die in 1974 volgde, betekende Verhoevens visitekaartje voor Hollywood. De negentienjarige Monique van de Ven vestigde in één klap haar naam met de rol van Olga, de muze van beeldhouwer Erik (in het boek gewoon de ‘ik’) en keerde nooit meer terug naar de toneelschool. Het wordt nog altijd gezien als een gezichtsbepalende film, zoals ook bleek toen Turks fruit in 1999 door het film-publiek werd verkozen tot ‘Beste Nederlandse film van de eeuw’. Maar de huidige status van klassieker ontneemt bijna het zicht op de controverse die er indertijd over boek én film bestond.
Nog in het najaar van 1982, bijna tien jaar na de film-première en dertien jaar na de publicatie van het boek, ontstond er ophef toen de film op de televisie werd uitgezonden. Een inwoner van het Brabantse Berkel-Enschot reageerde in De Telegraaf als volgt: ‘Hoe is het mogelijk dat er mensen, groepen, instanties of wat dan ook zijn die iemand als Jan Wolkers een prijs willen toekennen voor de produkten die aan zijn geest zijn ontsproten. Toen wij zondag jl. als monster van dit soort produkten de totaal milieuverpestende film Turks Fruit onze huiskamers ingeslingerd kregen, schoten mij bijvoeglijke naamwoorden tekort.’ Een Limburgse die Turks fruit karakteriseerde als ‘een laagbijdegrondse film, die niets met literatuur te maken heeft’, kreeg voor elkaar dat diverse middelbare scholen in de provincie de vertoning van de film in de literatuurles staakten.
Het was een bescheiden herhaling van wat de film losmaakte toen hij net uitkwam. De film was het symbool van de vrijgevochten geest van dat moment, het hoogtepunt van de seksuele revolutie. De reacties liepen nogal uiteen. Hoewel in veel kranten de film positief werd ontvangen (NRC Handelsblad begroette de film als ‘de eerste volwassen Nederlandse speelfilm’), klonken er ook protesten. Lezers van De Tijd, toen nog een katholiek dagblad, waren verontwaardigd dat recensent Peter van Bueren de film lovend besprak. De discussie domineerde wekenlang de lezerspagina's, de hoofdredacteur moest eraan te pas komen om persoonlijk zijn filmrecensent te verdedigen. Volgens de overlevering kostte dit akkefietje het blad duizenden abonnees; in dat geval kan wel worden gesteld dat
[p. 33]
het de laatste nagel was aan de doodskist van De Tijd, dat een jaar later als dagblad ophield te bestaan.
Ook de vrouwenbeweging had bezwaar. Het Vrouwen Bevrijdingsfront verspreidde op de stoep van het Amsterdamse Tuschinski-theater een circulaire waarin de film werd omschreven als ‘de zoveelste film die de bestaande idee over de vrouw bevestigt: een willoos, passief, machteloos, duimzuigend ding, dat overal voor gebruikt kan worden’.
Typerend voor de generatie ‘van na Turks fruit’, is de blik van de Vlaamse (scenario)schrijfster Annelies Verbeke, geboren in 1976. ‘Ik kende de reacties van de generatie van mijn ouders, die samen te vatten waren als “Amai, amai, dat mag alleen in Holland”. Toen ik de film uiteindelijk zag, voelde ik me vooral erg aangegrepen door het verhaal. Dat de meeste mensen vooral de seks hebben onthouden, komt waarschijnlijk omdat het toen nog ongebruikelijk was die zo expliciet neer te schrijven of in beeld te brengen. Ook de manier waarop het hoofdpersonage zich verzet tegen de oude bourgeoisie en gevestigde waarden, is nu misschien wat minder relevant. Mij is vooral het trieste gevoel bijgebleven dat al die lijflijkheid en rebellie pijnlijk duidelijk van de kaart worden geveegd door een hersentumor. Dat een mooie jonge vrouw daar haar verstand en waardigheid bij verliest. Dat de dood uiteindelijk het sterkst is, hoe halsstarrig je je ook tracht over te geven aan liefde en lichamelijk genot.’
Wolkers zelf noemde de film ’voor vijfenzeventig procent een meesterwerk’. Vijfentwintig procent trok hij af vanwege de opzichtige reclame voor de merken Batavus, Philips en Durex, en voor het feit dat Rutger Hauer in de ogen van de schrijver te hard op de blote kont van

illustratie
Jan Wolkers stelt de hoofdrolspelers van de verfilming van Turks fruit voor, 7 juni 1972


Monique van de Ven had gemept: ‘Ik zou haar wel op haar billen slaan, maar altijd zo dat ze hun vorm houden en mooi rood worden. Daarna zou ik er zeker mijn mond naartoe hebben gebracht, om het weer goed te maken.’ ‘Rutger stak er een rode roos in!’

‘Verboden’ boek

Onnodig te zeggen dat als de film al voor protest zorgde, het boek daar drie jaar eerder niet voor onderdeed. Hoe de verhoudingen lagen, herinnert kinderboekenschrijver Guus Kuijer zich nog heel precies: ‘Je hoefde niet vóór Turks fruit te zijn, maar wie tegen was deugde niet. Dat ruimde op. Je kon heel christelijk Nederland vrolijk bij het grof vuil zetten.’ Zelf had hij tegen het boek maar één bezwaar: ‘Maar Olga, ach Olga! Waarom moest ze nou toch dood? Als ik ooit schrijver mocht worden, zou ik de meisjes in leven houden.’
Christelijk Nederland wilde liever de volledige oplage van Turks fruit bij het grof vuil zetten. Deed Wam de Moor (De Tijd) het boek nog af als ‘een mislukte roman’ (overigens wel ‘met een prachtig slothoofdstuk’), regelrechte weerzin overviel C. Rijnsdorp (De Rotterdammer) tijdens het lezen, ‘omdat ik me innerlijk verzet en blijf verzetten tegen de cultus, zo niet de dictatuur van de grofheid, die de laatste tien, twaalf jaar de literaire situatie in Nederland heeft verpest.’ Hij ergerde zich vooral aan Wolkers' ‘agressieve anti-burgerlijkheid’.
Van de talloze pogingen die moeten zijn gedaan om het (christelijk) lezerspubliek voor het kwaad te behoeden, werden er slechts enkele bij toeval opgetekend. Zo meldt het Brabants Dagblad van 19 maart 1971: Pastoor-deken J. Joosten uit Echt acht het boek Turks fruit van Jan Wol-
[p. 34]
kers ongeschikt voor ongetrouwde lezers en heeft het uit de parochiebibliotheek verwijderd. Hij zal het boek onder zijn beheer houden, zodat het niet meer uitgeleend kan worden.’ Een voorbeeld van een iets minder totalitaire vorm van censuur gaf onze hoofdredacteur, die zich herinnerde hoe in de openbare bibliotheek van Leek een stukje rode tape op de rug van het boek werd aangebracht. Dit gebeurde in samenwerking met de plaatselijke dominees, die door middel van deze code duidelijk maakten van welke boeken de lectuur werd afgeraden.
Het zal ongetwijfeld de publiciteit rond de film zijn geweest, die de Belgische douane in het voorjaar van 1973 op het idee bracht de zedelijkheid van het Vlaamse volk in bescherming te nemen. Aan de grenspost Wuustwezel werd een honderdtal exemplaren van Turks fruit in beslag genomen vanwege ‘pornografie’. Pas na ingrijpen van de Antwerpse procureur des konings werd de partij weer vrijgegeven.

Gedweept, genoten

Gelukkig was dit restrictieve beleid geen regel. Schrijfster Geertrui Daem legde in haar jonge jaren een heel Wolkers-archief aan, met dank aan de bibliotheek van Aalst: ‘Als zestienjarige was ik een literatuurverslinder. Gelukkig had Aalst in de zestiger jaren een prima bibliotheek met ruimdenkend hoofdbibliothecaris en ik had een oudere broer die me over Wolkers vertelde, wat in Vlaanderen niet zo vanzelfsprekend was. Mijn leeftijdsgenootjes hadden nog nooit over Wolkers gehoord. Ik lekker wél, als een van de eersten. Samen met Vinkenoog en Campert hoorde Wolkers bij een lichting Hollandse schrijvers die zich - net als ik! - tegen kleinburgerlijkheid en tegen hypocrisie keerden. Ik vond Wolkers de meest lijfelijke, de meest sensuele van de drie.’
Daem: ‘Wat me aangreep in een boek pende ik in die jaren als een middeleeuwse monnik probleemloos over en ik borg het op in een mapje - de fotokopie bestond nog niet en geld voor boeken had ik niet. Al die uittreksels vormen een niet onaardig dossier, een tijdsdocument. Destijds bracht ik Jan Wolkers onder bij “Nederlands proza algemeen”. Ik schreef fragmenten over uit Serpentina's petticoat en Terug naar Oegstgeest en las gedurende de jaren '68 en '69 ook nog De hond met de blauwe tong, Een roos van vlees en het toneelstuk Wegens sterfgeval gesloten. Dat staat allemaal op een “onvolledige lijst van gelezen boeken”. Turks fruit heb ik (volgens die lijst en bij mijn weten) nooit gelezen. Ik heb wél de film gezien toen hij uitkwam. Een mooie, ontroerende film die me niet naar het boek deed grijpen en die niet Wolkers maar Monique van de Ven wereldberoemd in Vlaanderen maakte.’ ‘Ik geloof dat ik na '69 nooit meer iets van Wolkers heb gelezen of overgeschreven. Mocht ik niet het beste van zijn werk hebben gelezen, dan las ik het toch op het beste moment! Ik verslond Wolkers op een heel cruciale leeftijd, ik heb met zijn werk gedweept, ervan genoten, ermee opgeschept alsof ik het zelf had geschreven - wat 'n klein beetje ook zo was! - en toen ben ik andere schrijvers gaan lezen.’
Behalve afkeuring op morele gronden vond Wolkers bij de recensenten ook lof, veel lof: ‘Het is een geweldig boek. Dionysisch. Vol rottigheid, zinloosheid, humor en tederheid’, schreef Rob Vermeulen (De Stem) en Paul de Wispelaere (Het Vaderland) concludeerde: ‘Turks fruit is het boek van een ras-echt schrijver.’ Door de bank genomen is Turks fruit dan ook Wolkers best ontvangen roman. Zelfs Trouw-recensent J. van Doorne, die nooit echt warmliep voor het werk van Wolkers, ging door de knieën. Ondanks aanmerkingen op de nauwgezette beschrijving van ‘viezigheden’ en het gebruik van ‘schuttingtaal’ luidde zijn eindoordeel: ‘Een grote roman, omdat hij uitstekend geschreven is en gedragen wordt door zowel een grote liefde tot het lijdende schepsel als door volkomen-eerlijke grimmige boosheid.’
Anderen, zoals Kees Fens (de Volkskrant) en Hans Warren (Provinciale Zeeuwsche Courant), bleven sceptisch. Maar een groot aantal recensenten vond in Wolkers' gevoel voor humor en tragiek, hierboven al door Buddingh' genoemd, een uitweg uit de ‘rijstebrijberg van smerigheden’ (in de omschrijving van Warren) die Wolkers de lezer voorschotelt. Het was een handvat dat Wolkers overigens zelf aanreikte in een interview met de Arnhemse Courant op 7 december 1969, waarin hij verzuchtte: ‘Ik geloof dat de humor in mijn werk niet begrepen wordt. (...) De mensen ervaren de bevrijding van de humor in mijn werk helemaal niet. Ze zijn nog te zeer geschokt. Scheepmaker kon geen enkel boek van mij lezen. Hij moest altijd voor het raam staan kotsen.’

Schuttingtaal

Verreweg de meeste kritiek kreeg Wolkers op zijn taalgebruik, ook al deed Peter van Eeten in de Nieuwe Rotterdamsche Courant een poging zijn collega-critici in dit opzicht de mond te snoeren: ‘Ongetwijfeld zullen er ook nu weer critici zijn die vinden dat het boek “zeer ontsierd wordt door modieuze schunnigheden”. Zij leren het nooit, lezen bedoel ik, want ze zullen nooit begrijpen dat om bepaalde
[p. 35]
gevoelens over te dragen alleen die woorden en gedachten functioneel zijn die hen met zoveel walging vervullen. In feite verraadt hun reactie niet anders dan hun eigen erotische armoede en onvrijheid.’
Maar hoe ‘schunnig’ is het eigenlijk? Robert Anker, behalve schrijver ook leraar, tekende na herlezing van de eerste bladzijden van Turks fruit het volgende op: ‘Hallo zeg, dat is wel even other cookie dan het begin van mijn eigen roman Hajar en Daan waarover enig rumoer klonk omdat de eerste zin al het n-woord bevat. De Groene Amsterdammer wijdde, overigens niet uit preutsheid, een hele recensie aan die eerste zin, eigenlijk aan de vraag of er niet een verschuiving heeft plaatsgevonden van “met iemand neuken” naar “iemand neuken”. Nou, ik kan De Groene verzekeren dat er in Turks fruit uitsluitend geneukt wordt zonder met, niet alleen vreemde meiden om Olga te vergeten zoals De Groene denkt - uit agressie dus - maar ook Olga zelf, sterker nog de ik “steekt” haar geregeld “vast”.’
Anker: ‘Dat mijn eigen moslimleerlingen, wel degelijk uit preutsheid, zich een beetje gegeneerd voelden bij de eerste bladzijde van mijn roman kan ik me voorstellen, en nu ik Turks fruit weer heb ingezien begrijp ik ook dat sommigen van hen weigeren de film te bekijken om hem te vergelijken met het boek. Maar het verbaasde me wel dat vorig jaar, tijdens de uitreiking van de Inktaap (waarvoor jongeren uit officieel genomineerde boeken een keuze

illustratie
Monique van de Ven en Rutger Hauer tijdens de opnamen van Turks fruit


maken), tientallen scholieren bekenden grote moeite te hebben gehad met mijn roman Een soort Engeland, aangezien de tweede bladzijde al een masturbatie-scène bevat. Zeker, een aantal van hen was afkomstig van Maria-Oog Colleges uit Jezus-Eyk en omstreken, maar het lijkt erop dat in sexualibus veel hedendaagse jongeren het jaar 1969, toen Turks fruit verscheen, nog niet hebben bereikt. Wolkers, sla toe! Opnieuw! Maar herzie wel even die scènes waarin Olga vanzelfsprekend, soms drie keer achter elkaar, klaarkomt terwijl ze geneukt wordt, want ook in 1969 al was uit een groot Amerikaans onderzoek gebleken dat het vaginaal orgasme een zeldzaamheid is, ik bedoel: het zou de kids maar op verkeerde gedachten brengen.’
Laat dat boek dan nog maar een tijdje op de leeslijsten prijken, en dat kan ook zonder de film. Op dit moment wordt gewerkt aan het script voor de musical Turks fruit, die in het seizoen 2005-2006 de theaters in gaat, alleen als Wolkers het script goedkeurt natuurlijk. Het wilde zal er wel afgaan: op een podium is het toch al minder goed klaarkomen dan in een boek. Wat de muzikale vorm betreft, lijkt de taal van Wolkers een dwingend voorschrift te bevatten - want hoe zet je dit anders op muziek: ‘Bossen schaamhaar, ruw als zeegras, zacht als bont. Droge kutten met wratten van binnen. Naar aan je vingers maar lekker voor je lul.’ Juist. Dat wordt dus rappen. Alleen een Turks fruit zonder Rutger en Monique... moeilijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten